Schaterlachen. Wanneer heb jij dat voor het laatst gedaan? Lachen is zo iets heerlijks en fijns. Het is een gewaarwording dat we ons door ons hele lichaam goed voelen, maar het voornamelijk op een plek laten zien. En soms, soms kunnen we daar wel wat meer van gebruiken. 

Een tijdje geleden las ik ergens het woord ‘schaterlachen’. En toen dacht ik, jeetje, dat is lang geleden dat ik zo moest lachen. Dat je schuddebuikt van het lachen, dat je niet meer kunt stoppen, dat je de spieren in je buik voelt, dat je elkaar aankijkt en weer in de lach schiet, een woord, blik en je ligt weer dubbel. Dat dus. Daar zou ik wel wat meer van in m’n leven willen.

Meer lachen. Schaterlachen. En nu realiseer ik me dat ik door dat woord anders ben gaan kijken. Gaan kijken waar ik (schater)lach, waar ik om kan lachen enz. En ik merkte dat we allemaal om verschillende dingen lachen, verschillende dingen leuk vinden. Daar ok mee zijn, bracht ook weer een glimlach op m’n gezicht. Zien dat het er al is, dat je er alleen maar naar hoeft te kijken. En dan gaat het vanzelf verder, net als een druppel in het water die al die golfjes maakt.

En weet je wat het allerleukste is? Een tijdje terug lag ik met m’n beste vriendin helemaal dubbel om niks. Een van ons zei iets, we keken elkaar aan en schoten in de lach en konden niet meer stoppen. Hikkend van de lach vertelden we elkaar rustig adem te halen, maar we keken elkaar aan en gingen gewoon door met lachen. Dat gevoel. Dat zich door je hele lichaam verspreidt, maar wat je eigenlijk maar op een plek ziet: je gezicht (ok, behalve dan als je dubbel ligt van het lachen ;)). Dat het tintelt, dat je je levend voelt. En dat dat gevoel nog even door ebt. Dat je koffie magisch ruikt, dat je lievelingsmuziek maakt dat je wilt dansen, dat je zomaar een glimlach op het gezicht van een ander tovert.